Bij Dubbeldam botsten twee reizigerstreinen achterop elkaar. Een van de twee was zonder toestemming een gedoofd sein gepasseerd. Er vielen twintig gewonden.

Bij Dubbeldam was een sein gedoofd. De machinist van een D-trein zag dit, maar kon niet meer op tijd voor het sein stoppen, zoals voorgeschreven was. Daarom reed hij door naar het volgende sein om daar de treindienstleider te informeren. Hierna had hij zijn trein weer in beweging gezet.

Ondertussen was de volgende trein het gedoofde sein ook gepasseerd, echter zonder het sein op te merken in de duisternis. De trein klapte vervolgens vol achterop de langzaam rijdende D-trein, waarvan zes wagens ontspoorden. Twintig reizigers raakten gewond door de klap, waarvan er twee pas uren later uit de wrakstukken konden worden bevrijd.

Bronnen

• "Treinen op elkaar door seinstoring" (Trouw, maandag 9 februari 1970)
• "NS wijzigen na twaalf jaar" (Algemeen Dagblad, donderdag 25 juni 1970)

Vergelijkbare ongevallen

• Hogebrug 1973: Bij Hogebrug reed een trein van Gouda naar Utrecht achterop een stilstaande goederentrein. Enkele bakken van de reizigerstrein kantelden en de machinist kwam om het leven. Het ongeluk werd veroorzaakt doordat het rode sein, dat de reizigerstrein had moeten tegenhouden, gedoofd was.
• Boxtel 1942: Bij station Boxtel botsten twee goederentrein op elkaar. Doordat beide treinen slechts langzaam reden, bleef de schade beperkt. De oorzaak van de botsing zou een defect aan de wissels zijn geweest.
• Moerdijk 1857: In Moerdijk reed een locomotief van de kademuur af en belandde in het water. Er vielen geen gewonden.
• Veenendaal 1865: Op station Veenendaal botste een reizigerstrein op een rangerende goederentrein. Er vielen tien lichtgewonden. Het ongeluk werd veroorzaakt doordat een seinlicht was gedoofd.
• Holwerd 1948: Op het station van Holwerd reed een goederentrein op een aantal stilstaande goederenwagons. Eén persoon op de stilstaande trein kwam om het leven. De goederentrein was uit de rails gelopen, waarschijnlijk door de slechte staat van het spoor.
• Leidschendam 1948: Bij Leidschendam ontspoorde een reizigerstrein als gevolg van spoorspatting. De tegentrein uit Amsterdam botste tegen de ontspoorde trein. Er vielen geen gewonden.
• Maastricht 2006: Op station Maastricht botste een reizigerstrein op een andere, stilstaande trein. Er vielen tientallen gewonden. De machinist verklaarde een black-out te hebben gehad, waardoor hij niet had geremd bij het combineren van de treinen.
• Nijmegen 1963: Op station Nijmegen botste een rangerende trein tegen een stilstaande reizigerstrein. Beide treinen werden deels uit de rails gedrukt, maar er raakte niemand gewond.
• Amsterdam 1958: Op Amsterdam Centraal botste een lege internationale trein, die naar een middenspoor werd gerangeerd, op een rangeerdeel dat op ditzelfde middenspoor achteruit reed. Er vielen geen gewonden.
• Arnhem 1943: Bij station Arnhem botste een reizigerstrein uit Nijmegen op een stilstaande goederentrein, beladen met koeien. Bij de ontsporing die volgde, vielen geen menselijke slachtoffers, maar er kwamen wel drie koeien om het leven.

Andere ongevallen in de buurt

• Dordrecht 1999 (0 km): Tussen Dordrecht en Dordrecht Zuid reed een reizigerstrein door rood en reed een internationale trein in de flank. Beide treinen ontspoorden en er vielen zes gewonden.
• Dordrecht 1902 (1 km): Op station Dordrecht botste een goederentrein uit de richting Gorinchem op een paar wagens, geladen met stenen, die op een verkeerd spoor stonden opgesteld. De machinist en de stoker raakten licht gewond toen ze voor de botsing van de trein sprongen. De locomotief en de tender ontspoorden.
• Dordrecht 1955 (1 km): Bij station Dordrecht kwamen twee goederentreinen op hetzelfde spoor terecht, waarna ze botsten. Er vielen geen gewonden.
• Dordrecht 1935 (2 km): Bij station Dordrecht botste een reizigerstrein die door rood was gereden, op een kolentrein. De kolentrein ontspoorde, maar er vielen geen slachtoffers.
• Zwijndrecht 1885 (3 km): Op station Zwijndrecht botste een goederentrein achter op een andere, stilstaande, goederentrein. Eén machinist kwam om het leven.
• Dordrecht 1993 (4 km): Ten zuiden van Dordrecht reed een reizigerstrein tegen een landbouwvoertuig aan, dat moeite had om over de smalle overweg te manoeuvreren. Er vielen tientallen gewonden.
• Zwijndrecht 1963 (6 km): Tussen Zwijndrecht en Barendrecht ontspoorde de trein naar Rotterdam, nadat deze op een overweg een bestelauto had aangereden. Er vielen geen gewonden, de automobilist was voor de botsing al uit zijn wagen gestapt.
• Sliedrecht 1942 (8 km): Op station Sliedrecht reed een passagierstrein vol in op een andere, stilstaande reizigerstrein, waarna er brand uitbrak. Achttien mensen kwamen om het leven. De ramp werd veroorzaakt dat een sein dat ten onrechte op veilig stond.
• Moerdijk 1955 (8 km): Op de noordelijke opgang van de Moerdijkbrug botsten in dichte mist twee goederentreinen op elkaar. Een van de machinisten brak bij het ongeluk zijn arm. Waarschijnlijk had een van de machinisten door de dichte mist een rood sein gemist.
• Moerdijkbrug 1919 (9 km): Een goederentrein richting Dordrecht verloor bij Moerdijk een aantal wagens, die op de Moerdijkbrug tot stilstand kwamen. Een achteropkomende trein reed op de wagens in en ontspoorde. Er vielen geen gewonden.