Bij station Weesp botste een expresse-trein in volle vaart achterop een langzaam rijdende reizigerstrein. Er vielen twee doden en een aantal gewonden. De botsing was veroorzaakt door een sein dat ten onrechte op veilig stond.

Bij station Weesp was een storing ontstaan in een sein, dat de treindienstleider niet veilig kon zetten. Bij het oplossen van de storing kwam het sein wel veilig, terwijl er in het blok achter het sein nog een lege reizigerstrein stond, die net begon op te trekken vanuit stilstand.

Het foutief herstelde sein werd met 100 km/h gepasseerd door een expresse-trein. Bij het naderen van de langzaam rijdende voorganger, remde de machinist van de expresse-trein nog uit alle macht, maar kon hiermee een botsing niet meer voorkomen.

Door de botsing werd de locomotief van de expresse-trein van zijn draaistellen gelicht en rolde het spoortalud af. De eerste wagen ontspoorde en kwam dwars op het spoor te staan. Van de aangereden trein werd de achterste wagen vernietigd.

Bronnen

• "Spoorwegongeluk bij Weesp eist twee mensenlevens" (Algemeen Handelsblad, vrijdag 19 juni 1953)

Vergelijkbare ongevallen

• Nijmegen 1979: Nabij de Kolpingbuurt in Nijmegen boorde een leegmaterieeltrein zich frontaal in een stoptrein. Acht mensen kwamen om het leven en er vielen tientallen gewonden.
• Heerlen 1955: Bij Heerlen reden twee reizigerstreinen frontaal op elkaar. Er vielen geen doden, maar wel tientallen gewonden. Het ongeluk was veroorzaakt door een seinmonteur, die een sein ten onrechte op veilig had gezet.
• Zevenaar 2011: Bij Zevenaar botste een internationale trein op een goederentrein. Er vielen geen gewonden, maar de schade was aanzienlijk. De botsing was veroorzaakt door koperdiefstal.
• Hogebrug 1973: Bij Hogebrug reed een trein van Gouda naar Utrecht achterop een stilstaande goederentrein. Enkele bakken van de reizigerstrein kantelden en de machinist kwam om het leven. Het ongeluk werd veroorzaakt doordat het rode sein, dat de reizigerstrein had moeten tegenhouden, gedoofd was.
• Dubbeldam 1970: Bij Dubbeldam botsten twee reizigerstreinen achterop elkaar. Een van de twee was zonder toestemming een gedoofd sein gepasseerd. Er vielen twintig gewonden.
• Dalfsen 1956: Een kilometer buiten Dalfsen werd een personentrein frontaal aangereden door een koppel diesellocomotieven. De personentrein werd grotendeels verbrijzeld door de locs, en beide machinisten kwamen om het leven. De machinist van de locs was zonder toestemming vertrokken van station Dalfsen.
• Winsum 1980: In dichte mist botsten twee treinen frontaal op elkaar ten zuiden van Winsum, op de lijn Sauwerd-Roodeschool. De ravage was enorm en negen personen kwamen om het leven. Het ongeval werd veroorzaakt doordat een van de treinen te vroeg vertrok uit Winsum, waar deze had moeten wachten op de kruising met de andere trein.
• Elst 1954: Op station Elst reed een sneltrein in op een stilstaande stoptrein. Zes reizigers kwamen om het leven. De botsing was veroorzaakt door een verkeerde wisselstand, omdat een trekdraad van de wisselbediening was gebroken.
• Haarlem 1912: Bij station Haarlem botste een goederentrein op een stilstaande locomotief. Er vielen geen gewonden, maar de ravage was groot. De loc bleek op het hoofdspoor terecht te zijn gekomen door een verkeerde wisselstand.
• Warmond 1980: Nabij Warmond botste een werktrein op een stilstaande zandtrein. Brokstukken van beide treinen kwamen terecht op de nevensporen, waar een Intercity en een stoptrein op in reden. De Intercity ontspoorde en kwam in een sloot terecht.

Andere ongevallen in de buurt

• Weesp 1918 (2 km): Bij Weesp ontspoorde een sneltrein omdat de spoordijk het begaf. De trein stortte van het talud, waarbij 41 passagiers om het leven kwamen. Het was tot 1962 het dodelijkste spoorwegongeluk in Nederland.
• Watergraafsmeer 1950 (7 km): Een reizigerstrein uit Amersfoort ontspoorde op een wissel bij de Watergraafsmeer. Er vielen zeven gewonden. De machinist was met zeker 90 km/u door een afleidend wissel gereden.
• Watergraafsmeer 1938 (7 km): Bij de Watergraafsmeer reed een losse-loctrein door een rood sein en achterop een goederentrein. Er vielen geen gewonden, maar de ravage was enorm en het duurde een dag voor de sporen weer vrij waren.
• Watergraafsmeer 1939 (8 km): Op de Watergraafsmeer botste, vermoedelijk door een verkeerde wisselstand, een rangerende goederentrein op stilstaande goederenwagons. Er vielen geen gewonden.
• Duivendrecht 1971 (9 km): Op Eerste Pinksterdag 1971 reed een Intercity tussen de stations Duivendrecht en Amsterdam Amstel vol in op de achterkant van een internationale trein. In de achterste wagon vielen vijf doden en tientallen gewonden.
• Amsterdam 2008 (10 km): Bij Amsterdam Muiderpoort ontspoorde een goederentrein door een warmgelopen aspot. Er vielen geen gewonden, maar de schade liep in de miljoenen euro's.
• Amsterdam 1974 (10 km): Tussen Amsterdam CS en Amsterdam Amstel botste een reizigerstrein achterop een andere, stilstaande reizigerstrein. Enkele reizigers raakten gewond. De treindienstleider had ten onrechte een sein veilig gegeven.
• Amsterdam 1907 (10 km): Bij Amsterdam ontspoorde een wagon van een goederentrein. De wagon viel om en kwam op een remmer terecht, die het niet overleefde.
• Amsterdam 1946 (10 km): De sneltrein uit Enschede ontspoorde vlak voor Amsterdam CS. De locomotief stortte van de spoordijk, waarbij de machinist om het leven kwam.
• Amsterdam 1934 (11 km): Op het Weesperpoortstation in Amsterdam botsten een dieseltrein en een stoomtrein op elkaar. De dieseltrein was door een onveilig sein vertrokken. Er vielen twaalf gewonden.